Grenswijzigingen Enschede en Lonneker.

In de afgelopen tijd hebben zich meerdere malen grenswijzigingen voorgedaan.
Enschede is in 1810 opgesplitst in de gemeente Lonneker en de Gemeente Enschede (met de marke Eschmarke) de Eschmarke is in 1818 weer bij Lonneker gevoegd en in 1884 is de Eschmarke weer bij Enschede gekomen samen met andere delen van Lonneker, hierdoor ging Enschede van 61 naar 682 HA. en kwamen er 6317 inwoners bij. Lonneker heeft in 1890 een gedeelte grond aan Hengelo afgestaan en in 1940 heeft Enschede een stuk aan Hengelo gegeven.
De grootste grenswijziging is die van 1934 de gemeente Lonneker werd bij Enschede gevoegd.

W.J.

 



Annexaties
Door de snelle groei kwam de stad spoedig in ruimtenood. Hoewel de gemeente al in de eerste helft van de negentiende eeuw haar zinnen had gezet op een deel van het grondgebied van de gemeente Lonneker wist Lonneker een annexatie gedurende tientallen jaren tegen te houden.
Uiteindelijk, in 1884, werd 621 hectare van de gemeente Lonneker toegevoegd aan Enschede, zodat het grondgebied van de gemeente Enschede vertienvoudigde en het aantal inwoners verdubbelde tot ruim 12000. Enschede kon weer vele jaren op eigen grondgebied verder bouwen, en groeide uit tot de grootste textielindustriestad van Nederland. De gemeente Lonneker ontwikkelde zich tegelijkertijd tot een welvarende landbouwgemeente.
De stedelijke ontwikkelingen in deze periode zijn van zeer grote invloed geweest op de huidige structuur van de stad. De vele textielfabrieken werden gebouwd aan de rand van de stad, vooral langs de spoorlijnen en, in minder mate, langs de hoofdwegen.
Voor de vele arbeiders die naar Enschede kwamen om in de fabrieken te werken, werden, vaak door de textielfabrikanten, complete woonbuurten gebouwd, waaronder het Pathmos, Dolphia en Tuindorp Broekheurne. Tevens werden er vele kleinere woonbuurten en straten gebouwd, veelal in de directe nabijheid van de fabriek.
De textielfabrikanten legden in en rond Enschede ook verschillende stadsparken voor de ontspanning van de arbeiders en landgoederen voor hun eigen woongenot aan.
Doordat er vooral langs de bestaande spoorwegen werd gebouwd kreeg Enschede een zeer open bebouwingsstructuur. Tussen de verschillende fabrieken en woonbuurten bevonden zich vele lege plekken die vaak hun agrarische functie behoudden. Pas in de jaren dertig en veertig van de twintigste eeuw werden veel van deze plekken, waaronder het Lasonder en de Stadsweide, alsnog bebouwd, vooral met luxe woningen.
In de jaren twintig begon de ruimtenood in Enschede opnieuw te spelen. De gronden die ruim veertig jaar eerder aan Enschede werden toegevoegd waren grotendeels volgebouwd, zodat er opnieuw een discussie over annexatie van een deel van Lonneker op gang kwam.
In 1934 werd in Den Haag besloten de gemeenten Enschede en Lonneker samen te voegen.

© 2002/2003 Robin Wessels
http://www.toekomstvisie-enschede.nl