Het Grote orgel en het Koor orgel. Grote orgel gebouwd door L. van Dam en Zn. 1892, het koororgel is gebouwd door D. A. Flentrop in 1956.
Op 23 december 1928 werd de Grote Kerk na grondige restauratie heropend. Het interieur onderging vele veranderingen. Het gesleep met stoven voor, of in de pauze der diensten werd door een buizenstelsel van de centrale verwarming overbodig. De sobere ronde banken zijn nu rechte rijen zitplaatsen geworden. De lambrisering wekt, ondanks het fraaie beeldsnijwerk (van 101 koppen) een sombere indruk. Het oude Romaanse doopvont (l2de eeuw) is herplaatst. De verlichting bleef, evenals het orgel, dat al 75 jaar de westmuur beheerst. In het noordoostelijk deel is een crypt onder bank 62, waar grote veldkeien aanknopingspunten geven met voor-christelijke tijden.